Geen Coentunnel? Prima!

20-01-2018 14:28

Jan Pieterszoon Coen was geen aardige man. Ik mag dat zeggen, want ik ben familie van hem. Niet in directe lijn (zijn kinderen stierven in de kinderschoenen, het waren harde tijden vroeger) maar we hebben dezelfde voorvader. Ik herken wel wat van hem in mijzelf. Zijn lijfspreuk ‘Dispereert niet!’ is mij uit het hart gegrepen. En verder heb ik ook wel wat met genocide.

Nu zijn er mensen die willen dat Jan Pieterszoon uit de publieke ruimte wordt verbannen. Ik heb daar begrip voor. Je gaat geen straten, tunnels en scholen naar een massamoordenaar vernoemen. Ja, ik ken de argumenten van hen die Coen willen behouden. Dat het andere, hardere tijden waren en dat je niet door de bril van vandaag naar die tijden moet kijken. Ik vind dat geen sterke argumenten. Juist omdat we door de bril van vandaag kijken zouden we Coen opnieuw moeten beoordelen. Waar we vroeger de afslachting van 15.000 Bandanezen wel vonden kunnen, vinden we dat nu gelukkig niet meer. Ik heb er dan ook geen moeite mee dat die straten, tunnels en scholen een andere naam krijgen.

Turkenmansen met bloed aan hun handen

Waar ik wel moeite mee heb zijn sommige figuren in het anti-Coenkamp, in het bijzonder met de Erdogankabouters Kuzu en Öztürk van het hypocrietenpartijtje DENK. Het ‘dekoloniseren’ van Nederland staat zelfs in hun verkiezingsprogramma. Sommige mensen houden er merkwaardige prioriteiten op na. Dat mag natuurlijk, maar ik heb deze Turkenmansen nooit gehoord over de Fatih Sultan Mehmetbrug en de Yavuz Sultan Selimbrug over de Bosporus. Deze prestigieuze bouwwerken zijn vernoemd naar respectievelijk de Turkse kolonisator van de Balkan en de Turkse kolonisator van het Midden-Oosten en Egypte. Turkenmansen met bloed aan hun handen. In mijn column in Trouw stelde ik voor die bruggen te hernoemen in de Hrant Dinkbrug en de Can Dündarbrug, naar respectievelijk de vermoorde hoofdredacteur van het Armeens-Turkse weekblad Agos en de bijna vermoorde hoofdredacteur van het Turkse dagblad Cumhuriyet. Dat is tot dusver niet gebeurd, maar intussen ben ik geen columnist bij Trouw meer.

Nederlanders van wie het bloed vergoten is

En dan zijn er ook die zeggen dat het verbannen van de naam Coen een zoveelste aantasting van de Nederlandse identiteit is. Onzin. Voor de gemiddelde Nederlander wien rood-wit-blauw bloed door d’ad’ren vloeit van vreemde smetten vrij, is Coen alleen maar een tunnel waar je even doorheen rijdt. Gelukkig zijn er genoeg andere Nederlanders waar je trots op kunt zijn. Theo van Gogh, bijvoorbeeld. Of Pim Fortuyn. Nederlanders van wie het bloed vergoten is. Als er straten, tunnels en scholen hernoemd moeten worden, dan zou ik het wel weten. De groot-inquisiteurs van het politiek-correcte denken zouden lelijk op hun neus kijken. Zijn ze eindelijk van Coen af, krijgen ze Theo van Gogh ervoor terug!

Nieuwe Nederlandse helden

Er staat een standbeeld van Coen in zijn geboortestad Hoorn. Dat moet blijven staan, vind ik. Niet alleen omdat het een kunstwerk is, en van kunstwerken dien je af te blijven, maar ook omdat het laat zien hoe ooit tegen Coen werd aangekeken. Bovendien staat er een disclaimer op de sokkel.

Waarop geen disclaimer hoeft te staan, is de sokkel van een standbeeld voor Theo van Gogh. In Frankrijk heeft bijna ieder gehucht een Monument aux morts voor de gevallenen van de Eerste Wereldoorlog en, in mindere mate, de Tweede Wereldoorlog. Zou het niet geweldig zijn als op z’n minst iedere middelgrote Nederlandse stad een standbeeld van Theo van Gogh kreeg? Een beetje beeldhouwer kan zich er helemaal op uitleven. Theo in allerlei standen en houdingen. Theo met een bustehouder op zijn hoofd, met een sigaret in zijn mond, met een mes in zijn borst…

Wat moeten we met oude helden die ons niets meer zeggen? Nederland heeft nieuwe helden nodig. Vrijheidsstrijders.

We moeten niet krampachtig vasthouden aan identiteit, maar strijden voor de vrijheid.

Dispereert niet!

 
Helaas: deze aanbieding is verlopen, maar probeer deze boeken eens