Column

Het doden van Anne Faber door Michael P. wordt gezien als collateral damage

27-10-2017 14:00

Na alle ophef rond de dood van Anne Faber, met een zedendelinquent als dader die ten onrechte geen tbs kreeg opgelegd, ligt ons (falend) rechtssysteem onder vuur. Er kwam een petitie waarin opgeroepen wordt de wet aangaande zedendelicten te veranderen (‘Wij zijn boos en zitten vol afschuw!’). Alle aandacht richt zich nu op de lacune in de wet dat verdachten die niet meewerken aan het persoonlijkheidsonderzoek  in de meeste gevallen geen tbs opgelegd kunnen krijgen.

De maatschappij wordt niet beschermd tegen hardnekkige recidivisten

Dat gat zal ongetwijfeld gedicht worden (als er een dode is gevallen, dempt men de put), maar het het ziet er naar uit dat het falende rechtssysteem als zodanig blijft voortbestaan.  En dat betekent dat de maatschappij vrijwel niet beschermd wordt tegen hardnekkige criminelen die na het uitzitten van hun straf doorgaan met mishandelen, verkrachten of moorden en daarmee ongekend leed veroorzaken. Laat me dit illustreren met een zaak die onlangs een klein bericht opleverde in Het Parool: de berechting van één van de drie mannen die vorig jaar een homostel ernstig toetakelden bij de pont achter Amsterdam CS. Een van de slachtoffers liep een schedelbreuk en een bloeding in de hersenen op en de ander heeft nog steeds te kampen met psychische problemen.

Draaideurcriminelen staan met een vuilniszak in de hand weer op straat

De 24-jarige Mamadou D. werd veroordeeld tot 30 maanden cel en moet 8000 euro schadevergoeding betalen. Bij de rechtszaak bleek dat Mamadou een paar maanden nadat hij met zijn kompanen het homostel het ziekenhuis had ingeschopt alweer in de fout was gegaan: dit keer werden twee Engelse toeristen door hem in elkaar geslagen. En dat is niet alles: Mamadou D. staat op de Top 600-lijst met draaideurcriminelen, onder meer voor diefstal, inbraak en dronken rijden. Dit lopende gevaar voor de samenleving zal dus na een dik jaar brommen – dat is wat van de 30 maanden overblijft na aftrek van voorarrest en de vervroegde invrijheidstelling – weer de samenleving mogen verblijden met zijn gewelddaden.

In de gevangenis is ‘zelfredzaamheid’ de nieuwe heilsleer geworden

Terwijl Mamadou in de gevangenis zit zal er verder niets worden gedaan aan eventuele psychische problemen  of aan resocialisatie, want vanwege de bezuinigingen in het gevangeniswezen heeft justitie ‘de zelfredzaamheid’ tot kern van het beleid gemaakt. Ze zoeken het maar uit, die sociaal of geestelijk gestoorde gevangenen, en dat geldt ook buiten de gevangenis nadat ze met een vuilniszak in de hand op straat zijn gezet. Toedeloe, Mamadou, en tot ziens! Ook de reclassering heeft te weinig capaciteit om zich met ze te bemoeien. Dus dan moet je niet vreemd opkijken dat de draaideurcrimineel zijn naam waarmaakt en de hele carrousel van misdaad, berechting en straf weer op gang komt.

Onze ‘bestuurders’ hebben de moed niet het rechtsstelsel te veranderen

Onze ‘bestuurders’ en de zogenaamde volksvertegenwoordigers hebben tot nu toe niet laten blijken dat ze het rechtssysteem structureel willen veranderen.  Reële problemen in de maatschappij worden in de regel door buitenstaanders, zoals de tekortschietende verpleeghuiszorg door Hugo Borst, op de agenda gezet. Het is Wineke Smid, een psychologe die de risicotaxatie van zedendelinquenten onderzocht, die nu de vinger op de etterende strafrechtwond legt: de wetgeving rondom de tbs berust op een misvatting. De achterliggende gedachte bij tbs is dat mensen een misdrijf hebben gepleegd omdat ze een stoornis hebben en als je die stoornis verhelpt zij niet meer gevaarlijk zijn. Dat blijkt in de harde praktijk niet te kloppen: van meer belang zijn de recidivefactoren. Hoe groot is de kans dat hij of zij weer in de fout gaat ?

Psychologe Wineke Smid stelt voor vooral te kijken naar het recidiverisico

Er is niet altijd een duidelijk verband tussen de persoonlijkheidsstoornis en het misdrijf. Bij het persoonlijkheidsonderzoek voorafgaand aan  de rechtszaak zou ook gekeken moeten worden naar de aard van het delict waarvoor de verdachte terecht moet staan. Zoals in het geval van Michael P. die in 2010 zei dat voor hem een droom was uitgekomen omdat hij twee meisjes onder dreiging van een vuurwapen had verkracht. Hij was er trots op. Absurd genoeg moet in het huidige systeem een dergelijk geweldsdelict buiten beschouwing blijven in het tbs-onderzoek.  Wineke Smid wil dat het vaststellen van de schuld van de verdachte en de noodzaak van behandeling gescheiden worden en dat men vooral kijkt naar het recidiverisico.

Dat recidiverisico is volgens forensische zorgspecialisten met behulp van wetenschappelijk instrumentarium, zoals de methode Static-99R, goed in kaart te brengen, ook als de verdachte niet meewerkt. Er wordt onder meer gekeken naar leeftijd, eerdere veroordelingen en de relatie met het slachtoffer. Op die manier kan vrij nauwkeurig ingeschat worden of de al dan niet psychisch gestoorde, criminelen en zedendelinquenten toe zijn aan terugkeer in de maatschappij.  Momenteel wordt te weinig gebruik gemaakt van die methoden en vertrouwen de behandelaars ten onrechte op hun eigen inzicht volgens Corinne Dettmeijer, Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen.

Alle hardnekkige misdadigers moeten in aanmerking kunnen komen voor tbs

Nu richt alle aandacht zich op een zedendelinquent als Michael P. en het (makkelijker) opleggen van tbs. Maar ik denk dat ons hele strafrechtsysteem moet draaien rond de vraag hoe de samenleving zo goed mogelijk beschermd kan worden tegen hardnekkige misdadigers. Dus ook tegen een veelpleger als Mamadou D. Nu is vergelding nog het belangrijkste uitgangspunt in het justitieel systeem bij ‘gewone’ criminelen bij wie geen onderzoek is gedaan naar geestelijke problemen. Nederland telde het vorig jaar 35.000 ‘gewone’ gedetineerden en maar 1375 tbs’ers.

De bescherming van de maatschappij moet belangrijker zijn dan vergelding

Een groot deel (circa 60 procent) van die 35000 gewone gevangenen blijkt overigens een psychische stoornis te hebben, 30 procent is licht verstandelijk beperkt en 60 procent is verslaafd.  Als iemand steeds weer in de fout gaat is er sowieso sprake van een antisociale stoornis en het is onbegrijpelijk dat dat soort repeteercriminelen zonder behandeling of vorm van resocialisatie weer vrij komt. Het doel van de straf binnen ons huidige rechtssysteem is vooral vergelding en afschrikking, terwijl resocialisatie en preventie een ondergeschikte rol spelen. De achterliggende gedachte is: als je de misdadiger een tijdje opsluit dan komt hij (vrouwen zijn ver in de minderheid) wel tot bezinning en bovendien schrikt de openbare rechtszaak potentiële criminelen af. Inmiddels weten we natuurlijk wel beter: gevangenissen zijn in de regel opleidingsinstituten voor boeven en niemand wordt ervan weerhouden het criminele pad te kiezen als het eens tot een veroordeling komt, want de pakkans is minimaal.

De hervormingen van Coornhert in de 16e eeuw verdienen een vervolg

We zijn toe aan een rigoureuze hervorming van het strafrecht en het gevangeniswezen in de geest van Dirck Volkertszoon Coornhert die in de zestiende eeuw in zijn boek Boeventucht stelde dat algemene preventie het centrale doel van straffen zou moeten zijn. In die tijd was het gebruikelijk misdadigers te vermoorden, te verminken of te martelen, terwijl Coornhert ervoor pleitte onverbeterlijke schurken uit de samenleving te verwijderen en ze aan het werk te zetten. Verder vond hij dat mensen zonder inkomsten goed in de gaten gehouden moesten worden door de wijkhoofden. Zijn ideeën leidden tot de stichting van tuchthuizen waar opsluiting van de boeven ook economisch profijt opleverde.

Doelmatig straffen en behandelen levert meer op dan strenger straffen

Ook nu zou het voornaamste doel moeten zijn de onverbeterlijke criminelen uit de maatschappij te weren. Iedere verdachte die een zwaar misdrijf  pleegt of bestempeld kan worden als draaideurcrimineel zou in aanmerking moeten komen voor de herziene tbs met als voornaamste criterium de kans op herhaling. Degenen met alleen een gevangenisstraf, waarbij geen recidiverisico is geconstateerd, dienen alle begeleiding en hulp krijgen die bijdraagt aan hun resocialisatie, zowel in de gevangenis als in het eerste jaar erna. Dat betekent investeren in de hulpverlening in de gevangenissen en in de begeleiding erbuiten  want het huidige beleid van zelfredzaamheid is contraproductief en maakt de samenleving onveiliger. Het is misschien begrijpelijk dat men na een spraakmakend misdrijf zoals het doden van Anne Faber roept dat er strenger gestraft moet worden, maar het is ook kortzichtig. We hebben er met z’n allen meer baat bij als er doelmatiger gestraft en behandeld wordt.

De recidive van tbs’ers is veel lager dan die van gewone gevangenen

De huidige vorm van TBS steekt qua recidivecijfers gunstig af bij gevangenen zonder tbs: 27 procent versus 47 procent. Behandeling heeft dus zin. En de recidive bij terbeschikkingstelling kan verder omlaag als de voorstellen van Wineke Smid in de praktijk worden gebracht over het consequent meten van de recidivefactoren. In de nieuwe tbs zal resocialisatie en re-integratie alleen aan bod komen bij wie geen gevaar vormt voor de samenleving. In de geest van Coornhert: help de gestraften die te resocialiseren zijn en sluit de hardnekkige, onbehandelbare criminelen zoals Michael P. desnoods levenslang op. Preventie dient de spil van het beleid te zijn.

Wat zou de minister van justitie vinden als het om zijn dochter ging?

Van de 174 boven ons gestelden in Den Haag (24 bewindslieden en 150 Kamerleden) hoeven we niet te verwachten dat ze over het inzicht en het doorzettingsvermogen beschikken om een dergelijke ingrijpende verandering van het rechtsstelsel en het gevangeniswezen door te voeren. De justitiële elite scheept de verontruste burgers meestal na een misdaad van een ontsnapte tbs’er of een gevangene in een resocialisatietraject als Michael P af met het cliché dat in ‘het systeem’ incidenten zoals  het vermoorden van Anne Faber door Michael P. niet vallen uit te sluiten. Kortom,  het is collateral damage. Het is de vraag hoe een minister van justitie daar tegenaan zou kijken als het om zijn dochter zou gaan.

Een hervormd rechtsstelsel kan aanzienlijk meer bescherming bieden

Risico’s mogen dan niet uit te sluiten zijn, je kunt ze wel zoveel mogelijk beperken met alle middelen die de forensische zorgspecialisten tegenwoordig ter beschikking staan, en een rechtssysteem opzetten dat meer bescherming biedt dan het huidige. Een psychologe als Wineke Smid wijst de weg en verder zal er vanuit de samenleving maximale druk gezet moeten worden op de Haagse politici zodat ze met nieuwe wetgeving komen.  Na de revolutie in het rechtssysteem die door Coornhert in de 16e eeuw geëntameerd werd is het tijd voor een nieuwe ronde van fundamentele hervormingen.