‘Maffiabaas’ klaagt mij aan voor ‘belediging’

21-02-2016 14:28

In juli vorig jaar vond ik een opmerkelijke brief in mijn postvakje in Den Haag. Van advocatenkantoor Spong. Met een aangifte van ‘smaad en belediging’. Omdat ik Francesco Corallo, gokondernemer te Sint Maarten, ‘maffiabaas’ had genoemd. In mijn postbakje liggen wel vaker vreemde brieven. Zoals een interne memo van de geheime dienst van Curaçao, waarin stond dat Corallo verbonden is met de Italiaanse maffia. Ook vond ik een brief van het ministerie van Binnenlandse Zaken van Italië, waarin werd uitgelegd dat Corallo ‘betrokken was bij internationale drugshandel’ en ‘een belangrijke persoon betrof in de Siciliaanse maffia’. Informatie die volgens dat Italiaanse ministerie was bevestigd door de Italiaanse politie en de Italiaanse geheime dienst.

Gerard Spong

Door dit soort informatie kreeg ik het idee dat Corallo een belangrijke positie had binnen de maffia. Toch ontving ik een aangifte, die Corallo op 14 juli 2015 liet sturen naar het arrondissementsparket Den Haag. Directe aanleiding was een column die ik op 8 juli had geschreven op ThePostOnline. Over de blogger Judith Roumou, die op Sint Maarten gevangen werd genomen en geïntimideerd. Zij schrijft kritische stukken over de gokindustrie en de invloed die gokbazen hebben op de politiek van dat land. Maffiose figuren kunnen hun gang gaan, maar een kritische blogger wordt opgepakt, schreef ik. De aangifte van Corallo kwam niet helemaal onverwacht, eerder waarschuwde advocaat Spong mij al dat ik het woord ‘maffiabaas’ niet meer mocht gebruiken.

Premier Curaçao was trekpop van Corallo

Op dit moment staat op Curaçao oud-premier Gerrit Schotte voor de rechtbank. Schotte wordt er onder meer van verdacht (PDF) geld te hebben aangenomen van Corallo; bedrijven van Corallo te hebben begunstigd; overheidsinformatie aan Corallo te hebben verstrekt; Corallo politieke invloed te hebben gegeven; Corallo internationaal namens Curaçao te hebben aanbevolen en zich te hebben ingezet dat Corallo (of andere personen van zijn bedrijf) zouden worden ‘aangesteld op belangrijke institutionele functies’. Het meest opmerkelijk was de poging om de rechterhand van Corallo, Rudolf Baetsen (genoten opleiding: Hotelschool) te benoemen tot voorzitter van de raad van commissarissen van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten.

De aanklager eist drie jaar cel tegen Gerrit Schotte. De oud-premier wordt ‘een marionet, een trekpop’ genoemd van Corallo: ‘Hij heeft zich laten omkopen door Francesco Corallo en heeft daardoor van zichzelf een corrupt politicus gemaakt. In plaats van het wel en wee van de Curaçaose bevolking op de eerste plaats te stellen, heeft hij zijn eigen portemonnee () gespekt. Hij heeft daarmee zijn eigen integriteit verkocht (). Nog kwalijker is dat hij door steekpenningen aan te nemen, de belangen van Curaçao en de Curaçaose bevolking heeft verkocht aan Corallo en zijn gokindustrie.’ De aanklager verwijst ook naar de brief van het ministerie in Italië: ‘Volgens deze brief zou Corallo een belangrijk lid zijn van de Siciliaanse maffia.’

Geen Antilliaanse toestanden in Nederland

De rechter op Curaçao doet op 11 maart uitspraak in de zaak Schotte. Maar daarmee is het probleem niet ten einde. Op Curaçao is ook nog altijd onderzoek gaande naar de opdrachtgevers van de moord op Helmin Wiels. Deze populaire politicus werd op 5 mei 2013 vermoord, kort nadat hij had aangekondigd dat hij onthullingen wilde doen over corruptie op het eiland en de invloed van de gokindustrie. Daarnaast is de Nederlandse regering op initiatief van mij en VVD-collega André Bosman een grootschalig onderzoek gestart naar de verbondenheid tussen onder- en bovenwereld op Sint Maarten en Curaçao, in het bijzonder tussen de politiek en de gokindustrie. Een onderzoek dat wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met de VS (drugsgeld) en met Italië (maffia).

In Nederland is het niet gebruikelijk dat politici en columnisten voor het gerecht worden gedaagd, maar op de Antillen is dat heel gewoon. Mensen als Corallo strooien driftig met dreigementen en aangiften, op het moment dat dubieuze praktijken worden aangekaart. Het lijkt me niet goed dat deze Antilliaanse toestanden ook bij ons gewoon worden. Ik ben best bereid Corallo geen ‘maffiabaas’ te noemen, maar zou ook niet weten hoe ik hem dan wel moet noemen. Ik ben in ieder geval blij dat de zaak tegen oud-premier Schotte meer inzicht biedt in de praktijken van Corallo. Ik ben ook benieuwd naar de uitkomsten van het onderzoek naar de moord op Wiels en van het internationale onderzoek naar de gokindustrie. Het bestuur van Curaçao en Sint Maarten is in handen van het foute geld. Wij mogen de mensen op de eilanden niet in handen laten van internationale criminelen.