Thomas von der Dunk – Flexibilisering reden dat niemand in Opel-dealer Rutte trapt

20-05-2015 16:04

Het hoort tot de dominante neoliberale mantra’s van dit moment: de vaste baan is passé, niet alleen die voor het leven, maar de vaste baan als zodanig. Wie die nog wil, is niet meer van deze tijd. Flexjobs zijn hip en modern, en die wilt U ook zelf – en als U die nog steeds niet wilt, dan weet U gewoon nog niet wat U eigenlijk wilt en moet willen om hip en modern te zijn, en zal Hans de Boer U het namens de werkgevers nog één keer uitleggen, maar dan is zijn geduld echt op. Wees de individuele ondernemer van Uw eigen leven!

Rutte de Opel-dealer

In De Volkskrant van 2 mei stond een groot stuk, dat heel onthullend was. De titel: “Kan Duitse en Nederlandse handelsoverschot lager?” Veel economen constateren binnen Europa al een tijdje een forse onevenwichtigheid. De Grieken exporteren naar verhouding te weinig, de Duitsers en Nederlanders te veel. Komt omdat zij te weinig consumeren (in tegenstelling tot de Grieken, die vreten volgens de communis opinio in rechtse kring alles maar op).

Mark Rutte vindt dat in feite ook (beide, ook dat van de Grieken). Al eerder had hij ons opgeroepen eindelijk eens die nieuwe auto te kopen om de economie aan te jagen en het CPB te verslaan. Altijd al gedacht, dat er in hem vooral een Opel-dealer schuilt. Alleen geen geweldig goede, want zijn oproep slaat maar niet aan.

Europeanen zijn geen Amerikanen

Waarom kopen Nederlanders (en Duitsers) nog steeds niet meer spullen? In de kleine lettertjes van het genoemde Volkskrant-artikel vond men het antwoord. Het komt er, samenvattend, op neer dat Europeanen geen Amerikanen zijn. Die geven, conform de American way of Life met permanent consumeren als hoogste levensdoel, vrijwel meteen alles uit wat ze binnenkrijgen, en zijn, als ze hun baan verliezen, dan ook meteen vrijwel alles kwijt. Ze bouwen vrijwel geen reserves op, het is verbazend hoe weinig ook behoorlijk verdienende Amerikanen als spaargeld op een bankrekening hebben staan.

Europeanen, en zeker Nederlanders, zijn anders. ‘Ons ben zunig’: nou nee, niet altijd, maar we spelen wel graag op zekerheid. Een appeltje voor de dorst – als calvinistisch land hebben we wat met de vrucht die Adam en Eva het paradijs kostte. Dan kun je er meteen maar beter heel veel van hebben. In de praktijk is dat ene spreekwoordelijke appeltje voor de dorst dan ook gauw een hele boomgaard – en liefst nog een boomgaard als reserve, voor als die eerste hele boomgaard toch onder water komt te staan. Risicospreiding heet dat, niet alle eieren in één mandje.

Liever het halve ei dan een risico op een lege dop

Het is een psychologische kwestie. Amerikanen willen heel graag winnen – van krantenjongen tot miljonair, ook al lukt dat maar een hoogstenkele enkeling – maar accepteren eerder als zij verliezen. Europeanen willen op zich ook best graag winnen, maar zijn banger te verliezen, en komen daarom steeds in het midden uit.

Zeker Nederland is een typische remise-samenleving: liever het halve ei dan een risico op een lege dop (ja, we hebben ook wat met kippen).

Zekerheid: dat is het cruciale woord. Wij zijn nu veel banger dan vroeger dat onze banen en pensioenen minder zeker zijn. Dat we straks zelf meer aan zorg kwijt zijn. En de regering blijft ons vertellen dat dit goed voor ons is, dat gebrek aan zekerheid. Het gevolg is echter dat veel burgers, die daar niet aan willen, dus zelf maatregelen treffen: extra reserves opbouwen voor de onzekere tijden die komen, zelfs al is de rente op spaarrekeningen historisch laag.

Beleidsmakers zien het gewoon niet

Nu geld uitgeven aan die nieuwe auto? Je zou wel gek zijn! Overmatig consumeren is misschien macro-economisch wenselijk, maar micro-economisch niet. En elke burger laat zijn concrete micro-economie dan toch snel prefereren boven de abstracte macro-economie. Die dure auto koop je zelf maar!

Het is merkwaardig, hoe weinig oog men daarvoor in beleidskringen heeft. Het valt duidelijk buiten de ideologisch bepaalde neoliberale denkkaders van dit moment, die voorschrijven dat iedereen het liefste ZZP-er is. Dat is des te merkwaardiger, omdat wèl veel ophef wordt gemaakt over belastingverlaging als middel om de consumptie aan te jagen, bijvoorbeeld een lager BTW-tarief.

Dat helpt echter niet echt. Tja, wanneer zou U zich eerder van de aankoop van die nieuwe auto laten afschrikken? Door het feit dat die niet 23.800, maar nog 24.200 Euro kost (want dat is het effect van 2 procent verschil)? Of door het risico dat U straks, als gevolg van minder baanzekerheid en tevens sterk gereduceerde wachtgeld- en WW-periodes, veel sneller dan vroeger in de bijstand belandt?

Iedereen met een IQ van meer dan 80 weet het antwoord. Maar ik heb soms het idee dat zelfs het cumulatief IQ van het hele VNO-NCW-bestuur amper de 80 haalt. Ofschoon ze in die kringen toch best tot boven de 80 kunnen tellen. Dat blijkt wel als het bankierssalaris weer eens fors wordt opgehoogd. Nooit gaat het door een vergissing van de bank in ons aller voordeel eens een stukje omlaag.

Duurkoop op de lange termijn

Er is echter nog een tweede reden, naast de tot enorm oppotten leidende onzekerheid van burgers, waarom al die flexibilisering averechts werkt en slecht voor de samenleving is. Tijdelijke contracten en outsourcing van cruciale taken aan voor ondernemertje spelende dwang-ZZP-ers mag op het eerste gezicht een stuk goedkoper zijn – het scheelt vakantiegeld en een hoop aan premies – maar goedkoop op de korte termijn wordt al snel duurkoop op de lange.

Al die flexibiliteit schaadt de continuïteit, en die is voor instituties – of dat nu bedrijven zijn, of ziekenhuizen en universiteiten – minstens zo belangrijk als spaarzaamheid. Met steeds nieuwe krachten moet het wiel ook steeds opnieuw uitgevonden worden, en voelt niemand zich verantwoordelijk voor het geheel. De toekomst ervan over enige tijd? Het zal mijn tijd wel duren, en ik heb mijn tijd nu hard nodig om voor te sorteren op mijn volgende baan. Als permanent individueel ondernemer van je eigen leven, doet de collectieve onderneming er minder toe.