De oude politiek van het scharrelend kartaille

28-10-2017 14:26

De tijd, waar is ze gebleven? Toen kartel nog écht kartel was zeg maar, zonder dat men zich bijzonder inspande om de respectievelijke achterbannen met allerlei quasi-democratische voorwendselen een rad voor de ogen te draaien. De tijd toen de leugenbundels even leeg waren als het beloftenpakket van de gemiddelde VVD-politicus.

Oudere lezers voor wie de opeenvolgende kabinetten Lubbers en Kok nog vers in het geheugen liggen, kunnen zich de vanzelfsprekendheid nog wel voor de geest halen waarmee dit land tot haar eigenlijke proporties werd teruggebracht, te weten die van de polder, het zand, en het slib- waaruit maar weer blijkt dat de geologie en de politicologie in wezen aanverwante disciplines zijn.

Flinterdun infuus

Zoals onze nationale profpeiler Maurice de Hondt onlangs uit de doeken wist te doen, loopt de tijd van op-wie-zal-ik-nu-eens-stemmen-ehhh-ok-dan-maar-VVD/CDA/PvdA knarsend ten einde. De reeds afgeschudde ideologische veren van de sociaaldemocraten laten geen ruimte meer voor heimelijke maden in het karkas, en met de komst van het Forum voor Democratie bladdert de verflaag in een nog sneller tempo af dan ze toch al deed- waarmee overigens niet gezegd is dat de slangolieverkopers van de gevestigde partijen zich niet onverminderd bedienen van het gebruikelijke retorisch assortiment teneinde het stemvee tot de stembus te verleiden.

Afijn, als één ding als een knoestige boomwortel boven de grond uitsteekt, dan is het wel dit: de oude politiek heeft de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, en wordt thans in leven gehouden door een flinterdun infuus, en zoals iedereen die wel eens een ziekenhuisbed heeft bezet weet moeten infusen zo nu en dan worden ververst.

Dissonanten onder eigen dak

Die verversing blijft uit. Althans bij de oude politiek. Bij de nieuwe politiek gebeuren wel dingen. Daar wel. Men tolereert zelfs dissonanten onder eigen dak en is wat minder getransfixeerd op het interne partijbelang. Bij de antieken staan de zaken er daarentegen zodanig voor, dat men op het punt van een zenuwinzinking lijkt te staan: geen ideeën, geen humor, geen lucht, alle energie wordt geïnvesteerd in het zich schrap zetten tegen de veronderstelde populistische monstergolf. Zij, links dus, zal zichzelf óf opnieuw moeren uitvinden (hetgeen onwaarschijnlijk is want ideologisch gezien arbitrair en irrelevant); óf zij zal zichzelf opvreten op een bed van #ophef-fitties waarna dit afgezwakte Marx 2.0-surrogaat zichzelf bij meerderheid van besluit (die dus geen meerderheid meer is) de vergetelheid in konkelt.

Laat men de kartelkanker onbehandeld, dan woekert ze voort tot de dood erop volgt. Partijpolitiek gezien natuurlijk. Kijk maar naar de onbeholpenheid waarop het Forum wordt bejegend vanuit het door verschaalde ideologische bevlogenheid uitgeteerde linkse bolwerk! Een zeker teken dat haar beste dagen reeds achter de rug liggen.

Droeve waarheid

En toch. En toch.

De nieuwe wind die thans de zeilen doet bollen is opgestoken bij de gratie van een oudere, aflandse wind (VVD, PvdA en al die andere fossielen uit een andere, meer overzichtelijke tijd). De sleutelfuncties in het publieke en politieke bedrijf worden onverminderd door dezelfde praatjesmakers vervuld die de spruitjeslucht 10, 20, 30 jaar geleden met een enorme domineesventilator de samenleving inbliezen onder het mom van ideologische rechtschapenheid. Sterker: nu de goochelaarshoed van gecultiveerde morele superioriteit dreigt leeg te geraken zullen zij, de postumen- met hernieuwde geestdrift in de vertrouwde trukendoos tasten teneinde het einde, hún einde, uit te stellen tot een nader te bepalen moment. Vergeefs natuurlijk, want de roffelende reutelhoest die loskomt verraadt een naderende dood. Maar een woord van waarschuwing voor de argelozen: de representanten van het oude, van datgene wat geweest is, zullen hun huid duur verkopen.

De diagnose is dan weliswaar medegedeeld aan de patiënt, maar in plaats van het vonnis in droefmoedige gelatenheid tot zich te laten doordringen, of een beschikbaar behandelplan aan te grijpen, kiest men ervoor luid te weeklagen en te briesen, uit te roepen dat het allemaal niet eerlijk is etc, in de hoop misschien dat de cellenwoeker een halt kan worden toegeroepen als men maar hard genoeg om zich heen jammert. De droeve waarheid is natuurlijk dat de patiënt zonder zich daarvan bewust te zijn in de eerste rouwfase van Kübler-Ross ronddoolt, de ontkenning, en nu bij wijze van houvast de schijn van ideologische geestdrift ophoudt.

Het scharrelend kartaille

Wat liet Dostojewski zijn Raskolnikov zeggen in Misdaad en Straf?

 

“Waar heb ik,” dacht Raskolnikov (…) gelezen, hoe een ter dood veroordeelde een uur voor de voltrekking van zijn vonnis, denkt of spreekt, dat, als hij ergens op een rots, hoog in de lucht, op een ruimte die niet meer plaats dan voor zijn twee voeten had, rondom afgrond, oceaan en duisternis, eeuwige eenzaamheid en eeuwige storm — als hij op zulk een ruimte zijn gehele leven, duizend jaar doorbrengen moest, nog de voorkeur zou geven om zo eeuwig te leven dan op het ogenblik te sterven.”

 

Precies zó stel ik mij het scharrelend kartaille voor, verzameld op een miezerige millimeter in de onmetelijkheid, omgeven door een groot, wellustig Niets. De toekomst! Roepen zullen ze; brullen, razen, tieren zullen ze in het aangezicht van het naderende Avondland.