Achtergrond

Na het referendum: nieuwe machtsstrijd in noordelijk Irak

22-10-2017 15:25

Het onafhankelijkheidsreferendum van Iraaks Koerdistan op 25 september heeft de sfeer in het Midden-Oosten er niet gezelliger gemaakt. Na vele dreigementen en een vervoersblokkade heeft de Iraakse regering in Baghdad de sjiietische paramilitaire brigades (Hashd-al Shaabi of PMU), ondersteund door het Iraakse leger, richting de Koerdistan-regio gestuurd, te beginnen met het olierijke Kirkuk.

Sinds maandag heeft de Koerdische regering in Erbil heel wat terrein- en gezichtsverlies geleden. Wat een referendum voor onafhankelijkheid had moeten zijn, betekent nu een terugkeer naar de grenzen van 2003 en een halvering van de olie-inkomsten. Deze desastreuze reeks gebeurtenissen zijn tot stand gekomen met de nodige complotten en intriges die de machtsverhoudingen binnen de KRG nog flink kunnen laten veranderen.

Ilusies over Israël

Veel Koerden doen uit wanhoop online of op de straat een huilverhaal: ‘Waar blijft Amerika?’, ‘Waarom kijkt de wereld alleen maar toe?’, etc. Hetzelfde dus als een maand geleden, toen artikelen die vooral om gevoelens en emoties draaiden – ‘kwaliteitsjournalistiek’ – de boventoon vormden in de westerse berichtgeving rond het referendum. Dit deed echter afbreuk aan de werkelijkheid waarin macht en belangen bepalen of een land onafhankelijk kan worden of niet.

Velen verkeerden in de illusie dat Amerikaanse of zelfs Israëlische vliegtuigen hen zouden bijstaan in een strijd tegen de Iraakse strijdmachten. In deze regio doet men niet zo moeilijk over bronnen en worden tweets en geruchten klakkeloos overgenomen. Tot nu toe is er nul komma nul aanwijzing geweest dat er ooit Israëlische vliegtuigen in Koerdisch gebied waren gestationeerd. Zowel logistiek als politiek is dat allemaal moeilijk waar te maken voor Israël. En de Amerikanen hebben al eerder hun hand gereikt met een deal voor uitstel van het referendum, waarbij Baghdad zou worden gedwongen de openstaande schulden te betalen en de kwestie van de betwiste gebieden af te handelen, die de regering in Erbil direct afwees. Niets mocht in de weg van het referendum komen te staan.

Patriotische Unie van Koerdistan

De aanwezigheid van Koerdische troepen in Kirkuk, Shengal (Sinjar) en Nineveh gaat terug naar 2014, toen de Iraakse troepen de benen namen voor de snelle opmars van de Islamitische Staat en de Koerdische peshmerga hun kans grepen. Sinds deze zomer het kalifaat in Irak militair is aangeveegd, werd de kwestie om deze gebieden steeds dringender. Vooral omdat zij ook in het referendum werden opgenomen en eventueel geclaimd zouden worden bij een Koerdische onafhankelijkheidsverklaring.

Die kwestie is nu zo goed als opgelost, alleen zijn de Koerden er wat minder blij mee. Afgelopen weekend begon de PMU met een opmars rondom Kirkuk, waarbij de gelegerde peshmergatroepen van de Patriotische Unie van Koerdistan (PUK) zich direct terugtrokken. Hetzelfde vond maandag plaats in de olievelden en de stad zelf.

Iraanse Republikeinse Garde

Peshmerga van de Koerdische Democratische Partij (KDP) trokken zich iets later terug. Een handjevol guerillastrijders van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) bleef wat langer achter, maar kon ook weinig verzet bieden tegen het moderne arsenaal van de Iraakse strijdmachten. Tegen het eind van de middag, en een paar dozijn doden later, was de Iraakse controle over Kirkuk en de omringende olievelden een feit.

Inmiddels lijkt het erop dat PUK een nieuwe gouverneur mag aanstellen voor Kirkuk, aangezien de vorige is gevlucht, wat duidelijk maakt dat er achter de schermen een deal is gemaakt. Afgelopen zondag was de commandant van de speciale operaties van de Iraanse Republikeinse Garde, Qassem Soleimani, nog op bezoek bij het PUK-leiderschap in Kirkuk. Iedereen die de oorlog in Syrië volgt weet al dat geen enkel slagveld stil blijft staan wanneer Soleimani langskomt.

Grensposten Irak en Syrië

Vanuit alle hoeken in Koerdistan werd het leiderschap van PUK voor verraders uitgemaakt. Ook wordt er gesproken en gespeculeerd over een interne machtsstrijd binnen de partij tussen de Talabani-familie en de vicepremier van Koerdistan, Kosrat Rasul, voor wie de Iraakse overheid nu een arrestatiebevel heeft uitgevaardigd.

Op dinsdag echter trokken troepen van de KDP, de partij van president Massoud Barzani, terug uit Shengal en de Nineveh-vlakte, die onder KDP controle waren sinds 2014. De grensposten tussen Irak en Syrië waren vorige week nog in handen van Koerdische strijdkrachten, nu zijn weer in handen van Irak. De doorlopende Koerdisch-beheerste strook tussen Irak en Syrië is daarmee dus tot een eind gekomen.

Twitter-offensief

De kans dat ze deze gebieden terug in eigen handen krijgen is klein. Na een reeks vernederingen tegen de Islamitische Staat in 2014 is het Iraakse leger opgebouwd tot een weer formidabele strijdmacht, ondersteund door goedbewapende milities die door de Iraakse speciale operatietroepen zijn opgezet volgens het Hezbollah-model (waar Soleimani ook bij betrokken was). De Koerdische strijdmachten zijn niet alleen verdeeld tussen de twee partijen met hun eigen belangen, maar kampen ook met drastische problemen wat betreft uitrusting en financiering.

Woensdagavond kwam er door alle onduidelijkheid een nieuwe stroom geruchten op gang. Een paar vage foto’s van militaire voertuigen op een mistige weg, wat tweets over Amerikaanse en Israelische bombardementen op de Iraakse posities, en er zou een hernieuwd offensief van de peshmerga van zowel PUK, KDP en PKK op Kirkuk plaatsvinden. Dit werd aangemoedigd door een paar protesten van lokale Koerden in Kirkuk, die ongeveer de helft uitmaken van de lokale bevolking in de stad, naast de Arabieren en Turkmenen. Uiteindelijk bleek het om een twitter-offensief te gaan en was het  in werkelijkheid vrij rustig in de stad. Een daadwerkelijk peshmerga-offensief op Kirkuk zou militaire en politieke zelfmoord zijn voor de Koerdische regering.

Feodaal distributiesysteem

Als we weer Koerdische troepen zien in de tot deze week betwiste gebieden, dan betekent het dat Irak weer in chaos is vervallen, of dat ze een nieuwe deal hebben gesloten, zoals nu in Kirkuk. De huidige geruchten en speculaties gaan uit van een overeenkomst waarbij Baghdad extra centen overmaakt naar de lokale partijen, die hun macht even weer harder kunnen vastzetten.

De twee partijen zijn de belangrijkste politieke spelers in Iraaks Koerdistan. Allebei hebben ze hun eigen militaire strijdmachten, eigen politie- en geheime diensten, en een haast feodaal distributiesysteem waarin baantjes, betaald uit de olie-inkomsten, worden uitgedeeld in ruil voor loyaliteit en stemmen van de volksstammen in welke de Iraaks-Koerdische maatschappij is georganiseerd. Een derde partij, Gorran, heeft meer zetels in het parlement dan PUK, maar geen eigen troepen en het parlement is sinds 2015 al opgeschort. Voor een groot deel van de bevolking is het prima zo. Geen belastingen, en de benzine is erg goedkoop.

Achterkamertjesdeals

De vraag is hoe lang deze constructie nog kan blijven bestaan. Het maakt de Koerdistan-regio uiterst kwetsbaar voor buitenlandse manipulaties. In 2014 leidde de lage olieprijs en de oorlog met het kalifaat tot een stevige economische schok die nu waarschijnlijk alleen maar erger wordt door het verlies van Kirkuk. De achterkamertjesdeals tussen de partijen en de regering in Bagdad, in combinatie met de teleurstelling van het referendum, maken de gewone man er niet blijer op. En in het Midden-Oosten is geen tekort aan opgefokte jonge mannen.

Vorige week kondigde de Koerdische regering een tweejarig uitstel aan voor de verkiezingen voor het parlement en een nieuwe president, die al in 2013 gehouden hadden moeten worden. Toendertijd was de instabiele situatie in Irak het excuus, en nu opnieuw.

Zwarte smurrie

Ondertussen hoeven we niet te rekenen op vrijwillige veranderingen in de stagnerende status quo. De olierijkdom heeft consumptiewelvaart gebracht en houdt het gebied structureel onderontwikkeld. De economie blijft afhankelijk van Turkse voedselexport, die grotendeels uit één enkele grenspost naar binnen rolt, het onderwijs blijft slecht, corruptie is een levenswijze en op investeringen in nieuwe economische sectoren hoeven we ook niet te wachten. Veertien jaar lang miljarden aan oliecenten binnenharken en het stroomnetwerk is nog steeds zo slecht dat de meeste mensen een stinkende dieselgenerator in de achtertuin hebben staan.

De autonome Koerdistan Regio in noord-Irak is vooral nuttig voor de buitenlandse grootmachten als 1) een uitvalsbasis voor operaties in de regio die betrouwbaarder en veiliger is dan Turkije of de rest van Irak, en 2) de olie- en gasexport. Veel landen, waaronder de VS, Rusland, China, Turkije, Israel en zelfs Hongarije (via staatsbedrijf MOL) hebben economische belangen bij de Koerdische olieproductie, die op dit moment via één enkele pijplijn naar Turkije vloeit, richting de havenstad Ceyhan. Voor hen is de politieke stabiliteit van noordelijk Irak vooral van belang voor de huidige contracten die zij hebben lopen. Zo heeft deze instabiele periode een nieuw contract van Rosneft niet kunnen verpesten. Er liggen ook plannen klaar voor een nieuwe pijplijn. De zwarte smurrie moet blijven vloeien, zowel voor het buitenland als voor de binnenlandse machtsdynamiek.

Onafhankelijk Koerdistan

Slecht nieuws deze week dus voor iedereen die stond de juichen bij het referendum. Een onafhankelijk Koerdistan zit er voorlopig niet in. Eerst maar eens kijken hoe de Koerdische overheid de aankomende nieuwe economische crisis gaat aanpakken. De spanningen na het fiasco van afgelopen maandag deden denken aan de situatie in de jaren ’90 vorige eeuw, toen beide partijen in een bittere burgeroorlog verwikkeld waren, beiden gesteund door concurrerende regionale machten.

Vooral bij de PUK mogen ze wat beter hun best doen. In hun thuisbasis Slemani krijgen zij nu politieke concurrentie van de oorspronkelijk uit Turkije afkomstige PKK die zichzelf weer wat populairder heeft gemaakt met de beelden van guerrilla’s die nog tot het laatste moment tegenstand leverden in Kirkuk. De PKK is nooit actief geweest in dit deel van Irak, maar kan nu een basis van steun werven.

Terug naar de grenzen van 2003, met minder geld, maar nog erger: het leiderschap blijkt weinig behoefte aan verandering te hebben. De tijden zijn echter wel veranderd, en vroeg of laat moet er iets barsten.