Deze blanke mevrouw weet het ook niet meer (maar wil wel graag iets doen)

04-12-2016 15:53

Ik ben blank, links en kijk niet weg. Maar ik weet het ook niet meer. Ik doe maar wat, en ik bedoel het goed. Maar het gaat niet goed met mijn integratie. Ik kom ze te weinig tegen in mijn dagelijks leven: mijn niet-blanke medelanders van niet-Nederlandse afkomst of vluchtelingen. In sauna’s, restaurants, theaters en bij al mijn werkgevers van de afgelopen jaren is het wit wat de klok slaat. Waar zijn ‘ze’? De mensen formerly known as ‘allochtonen’. Nu heten ze ‘inwoners met een migratieachtergrond’ (IM). Ik ken ze niet – of te weinig.

Andere geuren, andere feesten maken nog geen integratie

Al van kinds af aan ben ik geïnteresseerd in iedereen. In groepen, in samen leven, leren van en lol maken met elkaar. Dat heb ik voor een deel aan mijn ouders te danken. Zij geloofden sterk in een gemengde samenleving waar alle kleuren en afkomsten naast elkaar leefden. Onze Surinaamse buurman was dan ook van harte welkom bij ons thuis (en wij uiteraard nog meer bij hem en zijn vrouw). Heerlijk vond ik dat als kind. Bakbananen, maïzena-koekjes, roti met kip. Andere geuren, andere feesten, andere manieren van met elkaar omgaan. Maar één (half-)Surinaams gezin, maakt nog geen integratie.

Op mijn basisschool was het ook huilen met de multiculti-pet op. Eén meisje van Surinaamse afkomst en een die half-Spaans was. Voor de rest waren mijn klassen doorgaans blanker dan lelies. En dat voor een stad in de Randstad begin jaren ’80 van de vorige eeuw. Mijn studie in Groningen bracht al niet veel meer culturele diversiteit: in de meeste collegezalen weerkaatste de zon van witte gezichten.

Het wil maar niet lukken met mijn persoonlijke integratie

Waar zijn ze nou, de Marokkaanse, Turkse, Eritrese jongeren? Ik heb de cijfers nooit opgevraagd, maar ik durf te wedden dan 99 procent van de studenten witte Nederlanders zijn. De enige uitheemse in mijn studententijd waren de Friezen. Waarmee ik dan ook uitstekend geïntegreerd heb (je moet toch wat).

Tot op de dag van vandaag wil het maar niet lukken met mijn persoonlijke integratie. Ik woon in een blanke buurt (met één Surinaamse buurman, jawel, alweer). Ik werk bij een roomwit instituut in Utrecht. En over de gemeenteraad waarin ik jarenlang zat, kan ik ook kort zijn: daar zaten welgeteld twee mensen van allochtone afkomst in. En één daarvan in mijn eigen fractie. Met haar heb ik flink wat verloren integratie-tijd kunnen inhalen, maar ja, zij had ook nog een eigen leven.

Ik wil zo graag integreren

De enige plekken waar ik veel verschillende Nederlanders tegen kom, zijn een grote winkelketen met Zweedse meubels en de peutergym. Op die laatste plaats zie ik mijn kans tegenwoordig dan ook schoon. Ik glimlach net iets te vaak en te lief naar de moeders met een hoofddoekje en hun kinderen. Een keer riep ik zelfs dat een van de meisjes zo’n ‘snoezig snoetje’ had met die donkere krullen. Uit paniek. De moeder keek me wat vreemd aan. Zo van: wat moet dat mens met mijn kind. Tja, gelijk heeft ze. Maar ik wil zo graag. Integreren. En natuurlijk zou ik vrijwilliger kunnen worden bij een vluchtelingenkamp of asielzoekerscentrum. Maar dat bedoel ik niet. Ik bedoel dat ik gewoon graag wil leven, samen.

Hoe pak ik dat aan? Wie helpt mij? Wie wil er samen integreren? Zullen we een club oprichten of een Facebook-pagina? Mail mij!