Achtergrond

#Bruslog – Lastig voor eurofielen: Brussels praatcircus onttrekt zich aan de macht van Den Haag

04-05-2016 12:09

Lastig voor eurosceptici: Nederland zit gewoon met ambtenaren in Brussel die het standpunt van de Nederlandse regering verwoorden in alle onderhandelingen over EU-wetgeving. Er bestaat geen Brussel dat ongemerkt regels over Nederland uitstort waar Nederland geen enkele invloed op heeft. Nederland heeft die invloed via de Permanente Vertegenwoordiging wel, al blijft het één van de 28 landen en krijgt het niet altijd zijn zin. Hebben eurofielen dus gelijk dat Brussel democratisch is? Dat blijkt ook niet waar.  

Ook nu moeten we kijken hoe de Brusselse bureaucratie werkt. Het gaat niet om de vraag of Nederland invloed heeft (ja), hoe groot die invloed is (per definitie beperkt want één van de 28) maar hoeveel controle de Nederlandse politiek over dat proces heeft. Dinsdag stond in deze rubriek dat ambtenaren het Nederlandse standpunt van de regering inbrengen in de Brusselse onderhandelingen. De echte vraag is: wie controleert dat proces?

Tweede Kamer negeert Brussel gewoon

De Tweede Kamer zou dat moeten doen, maar dat gebeurt in theorie én praktijk niet. Een anonieme lobbyist wil het me op het Place du Luxembourg in Brussel graag uitleggen. De Europese Commissie maakt beleidsvoorstellen en stuurt die naar de lidstaten. Daar is dan een – daar gaan we de bureaucratie in – een “interdepartementale werkgroep” die deze voorstellen beoordeelt. Ambtenaren van Nederlandse ministeries doen die beoordeling onder de politieke verantwoordelijkheid van de regering.

Deze werkgroep komt tot BNC-fiches: beoordelingen van nieuwe commissievoorstellen. Pas nu komt de Tweede Kamer in beeld: de BNC-fiches gaan naar de Tweede Kamer die er een oordeel over kan uitspreken. Met andere woorden: is de Tweede Kamer het eens met de regering over de Nederlandse positie waar in een later stadium door Nederlandse ambtenaren in Brussel over zal worden onderhandeld? Hier hebben we de eerste complicatie: de Tweede Kamer spreekt zich nauwelijks over deze fiches uit en controleert vooraf dus nauwelijks wat het Nederlandse standpunt zal zijn.

Afwijken van de oorspronkelijke inbreng

Dit probleem wordt door eurofielen erkend: de Tweede Kamer kan meer invloed op Brussel hebben, maar ze laten hun kansen simpelweg voorbij gaan. Maar dit is eenzijdig want er is een veel groter probleem waar eurofielen liever niet aan worden herinnerd. We moeten ons afvragen wat er tijdens de onderhandelingen in Brussel gebeurt. Het BNC-fiche bevat de Nederlandse inbreng, maar de EU-onderhandelingen zijn een trechter: er ontstaat tijdens het proces langzaam meer consensus en dus wijken de ambtenaren in Brussel af van het oorspronkelijke standpunt.

Als je de EU accepteert, kan dit niet anders. Als ieder land vasthoudt aan zijn standpunt, kom je nooit tot overeenstemming. Eurofielen vinden dit gewoon en wijzen op de relaties tussen Nederland en Brussel: Nederlandse ambtenaren werken met het BNC-fiche, wijken daar vervolgens steeds meer van af maar overleggen daarover met Den Haag. Er is dus controle op wat deze ambtenaren doen door de hiërarchie binnen het ministerie. Alles gebeurt onder verantwoordelijkheid van de minister. Probleem opgelost.

Tijdens onderhandelingen vooral stilte

Nee dus. Want wie controleert hoe het ministerie dit regelt? De Tweede Kamer ziet niets van dit hele onderhandelingsproces. In theorie kan de Tweede Kamer aan het begin de inbreng van Nederland sturen. Er is een immers “een BNC-fiche”. Maar tijdens de onderhandelingen is er geen enkele informatie over wat er gebeurt en dus wordt de Tweede Kamer – net als de burger – pas aan het einde van de onderhandelingen geconfronteerd met de uitkomst. Die uitkomst is niet hetzelfde als de inbreng aan het begin en de Tweede Kamer kan in de tussentijd niets doen.

Voordat de minister in Brussel formeel akkoord gaat met het onderhandelingsresultaat, vergadert de Tweede Kamer er nog eventjes over. Kamerleden kunnen dan zeggen dat ze het oneens zijn, maar dan is het te laat. Tegelijk kon de Tweede Kamer haar afkeuring niet eerder melden. Kamerleden kunnen nu allerlei eisen aan de minister gaan stellen: “zorg dat dat voorstel van tafel gaat!”, maar de kans dat dat nog gebeurt is zo goed als nul. De minister heeft meestal met meerderheidsbesluitvorming te maken, kan geen veto uitspreken en doet dat allemaal achter gesloten deuren.

Ook voor de Tweede Kamer zijn die deuren gesloten. Democratisch?

Dit jaar doet Chris Aalberts onder de titel Bruslog – Brusselse logica – verslag van Europese politiek in Brussel, in Den Haag en in het land. Chris is momenteel op zoek naar Nederlanders in Brussel.