Baatzuchtige naastenliefde: verlangen naar de goede kant van het morele gelijk

03-04-2016 13:22

Sinds vorig jaar is de Nederlandse taal een woord rijker: Willkommenskultur. Wie in de zomer van 2015 de talkshows op de Duitse televisie volgde kon zien dat de Duitsers in een roes verkeerden. Vertegenwoordigers van het helles Deutschland lieten aan Dunkeldeutschland en de wereld zien hoezeer de vluchtelingen welkom waren. Maar wie goed keek, zag dat de Duitsers onder aanvoering van de Gutmenschen (een andere aanwinst voor de Nederlandse taal) vooral met zichzelf bezig waren.

De Duitse natie heeft haar kinderen en kleinkinderen opgezadeld met de schuld van de Nazigruwelen en de wens, hoop en verwachting dat die schuld ingelost zal worden. Een ‘delegaat’ noemen contextueel psychologen dat; een door eerdere generaties aan het kind opgelegde verwachting waarvan de vervulling niet noodzakelijkerwijs in het belang van het kind zelf is.

‘Bahnhof: ooit logistieke spil in de Nazi-vernietigings-machine, nu veilige haven van aankomst in het nieuwe Duitsland’

Inlossen van schuld

In de zomer van 2015 was dan eindelijk het moment aangebroken dat de Duitsers aan de wereld en vooral aan zichzelf konden laten zien dat ze die schuld konden inlossen. De rituele reiniging vond onder andere plaats door het verwelkomen van vluchtelingen op een symbolische plek, het Bahnhof. Wat ooit de logistiek spil in de Nazi vernietigingsmachine was, vanwaar velen vertrokken om nooit meer terug te keren, was nu een veilige haven van aankomst in het nieuwe Duitsland.

De idylle duurde een tijdje voort, maar er volgde een harde landing toen (vermeende) vluchtelingen tijdens Silversternacht op het Bahnhof van Keulen terug begonnen te ‘knuffelen’. Inmiddels was ook duidelijk geworden dat niet elke Duitser die had meegedaan in het reinigingsritueel een vluchteling in huis had genomen; de meesten zaten in de opvang, onder naar westerse maatstaven erbarmelijke omstandigheden. De vluchtelingen waren na die collectieve rituele reiniging dan ook niet meer nodig en vormden vooral een last voor de samenleving.

‘Verworpenen der aarde, hoedt u voor de goedmens; u bent slechts een wegwerpartikel voor tijdelijk gebruik’

‘Goede kant van het morele gelijk’

Dit verhaal staat niet op zichzelf. De baatzuchtige naastenliefde van veel ‘westerlingen’ werd onlangs ook weer pijnlijk zichtbaar toen Artsen zonder Grenzen, Oxfam Novib en Save the Children hun hulp aan vluchtelingen in de Griekse kampen staakten uit protest tegen het EU-beleid. Overal in de wereld werken die organisaties samen met de meest verwerpelijke dictatoriale regimes, warlords en ander gespuis.

Het argument is dat zij dat doen omdat het hen gaat om de oorlogsvluchtelingen, kindsoldaten en andere slachtoffers van menselijke tragedies. Een volkomen legitiem argument overigens, waar de doelgroep alleszins bij gebaat kan zijn. Maar met hun recente actie hebben deze organisaties duidelijk gemaakt dat dit niet altijd de hoofdzaak is. De drang om zich aan de ‘goede kant van het morele gelijk’ te scharen weegt voor hen nu kennelijk zwaarder dan de noden van de doelgroep.

Nieuwe slachtoffers

En het verschijnsel is breder. In een recent artikel heb ik aannemelijk proberen te maken dat de Nederlandse progressieve elite haar eigen natuurlijke achterban heeft verraden door toe te staan dat de massamigratie van kansloze laaggeschoolden de verzorgingsstaat mede vernietigt. Tenminste, als men progressief opvat als welwillend ten aanzien van de herverdeling van inkomen en het ‘verheffen van de arbeidersklasse’.

Want inmiddels heeft die progressieve elite de krimpende groep ‘klassieke arbeiders’ helemaal niet meer nodig om zich goed te voelen. Er zijn nieuwe, groeiende groepen verschoppelingen waar men de aandacht op richt: achtergestelde immigranten en vluchtelingen bijvoorbeeld.

Hoedt u voor de goedmens

Het is onbegrijpelijk en totaal inconsistent, totdat men inziet dat normatieve zelfexpressie voor velen belangrijker is dan de belangen van de groepen waarvoor men zegt op te komen. Wellicht dat het volgende citaat de paradox enigszins onder woorden brengt:

 

“De barmhartigheden der goddelozen zijn wreed”

(Spreuken 12:10).

 

Of in meer seculier proza: verworpenen der aarde, hoedt u voor de goedmens; u bent slechts een wegwerpartikel voor tijdelijk gebruik en als er nieuwe, interessantere groepen aangeboord kunnen worden om de morele superioriteit te bewijzen, bent u snel weer vergeten.