Achtergrond

Nein, nein, nein, nazi-Duitsland had de oorlog niet kunnen winnen

10-12-2015 17:45

Counterfactual history of wat-als-geschiedenis is veel belangrijker dan de meeste historici denken. Maar waarom moeten we steeds weer hetzelfde riedeltje aanhoren, het gefantaseer over nazi-Duitsland als overwinnaar in de Tweede Wereldoorlog? Dat is nu juist één van de meest onwaarschijnlijke counterfactuals in de geschiedenis van de twintigste eeuw. Maar het leert ons wel veel over denkwereld van historici.

Tijdschrift KIJK kwam met een fijne fantasie over een overwinnend Duitsland dat Europa en Nederland zeventig jaar na dato nog steeds stevig in zijn greep heeft. Het idee was dat Hitler in mei 1941 zou zijn vermoord, waarna Hermann Göring de leiding nam. Göring, de ‘rasopportunist’ zou operatie Barbarossa ofwel nooit zijn begonnen, ofwel voortijdig hebben afgebroken door het op een akkoordje te gooien met Stalin om Wit-Rusland en Oekraïne in te nemen. Ook zou Göring de Verenigde Staten niet de oorlog hebben verklaard en werd het denkbaar geacht dat hij een niet-aanvalsverdrag met Groot-Brittannië zou sluiten. Dan, pas nadat aan al deze condities was voldaan, zou een Duitse Endsieg mogelijk zijn.

Deze counterfactual is niet geweldig geformuleerd. Wat er na verwijdering van feiten overblijft is ongeveer: als alle landen die een grote rol hadden in de strijd tegen nazi-Duitsland niet met Duitsland in oorlog zouden zijn geweest, had Duitsland de oorlog gewonnen. Dat is praktisch hetzelfde als zeggen: als er geen wereldoorlog was geweest, had Duitsland gewonnen.

De leerzaamheid van feitelijke onjuistheden

En toch leert deze counterfactual ons iets; ze kunnen iets zeggen over de onuitgesproken opvattingen en assumpties van degene die ze opstelt. Dat historici zo ageren tegen wat-als-geschiedenis, etaleert bijvoorbeeld dat zij grosso modo geen flauw benul hebben van geschiedtheorie en –filosofie. (Het is vergelijkbaar met de ziekte onder economen om wel enigszins te kunnen rekenen, maar verder te varen op modellen die ze niet begrijpen omdat die zijn opgesteld door econometristen en wiskundigen.)

Maar die sneer is een flauwigheidje (dat trouwens wel waar is). Het punt is dat historici tijdens de opleiding met de paplepel krijgen ingegoten dat ze zichzelf niet kunnen uitgummen. Dat bauwen ze dan braaf na. Maar op het moment dat ze iets gepubliceerd hebben zien de meesten zichzelf als baken van historische objectiviteit. Intens grappig.

Maar hoe komen we er nu achter hoe de historicus werkelijk denkt, wat zijn achterliggende op- en misvattingen zijn? Dat kan onder andere door de counterfactual.

Paul Feyerabend schreef in zijn onnavolgbare boek Against method het bijna aforistische: “Prejudices are found by contrast, not by analysis”.
Dit is een veel te verregaande claim (daar staat het boek vol mee), maar het wijst ons wel op iets interessants, namelijk dat contrastering een methode kan zijn om vooroordelen op te sporen. Ik rek dat iets op tot onuitgesproken opvattingen en assumpties. Het contrast (feitelijk versus niet-feitelijk) van de counterfactual legt iets bloot over wat de degene die ze opstelt, vindt en denkt.

Siegen an allen Fronten

Van een beetje theorie gaat niemand dood, maar het is goed dat we dat nu weer gehad hebben. Terug naar de counterfactual dat nazi-Duitsland daadwerkelijk an allen Fronten gesiegt hätte. De hypothese legt een veel te groot vertrouwen in zowel de line of command van het Duitse leger als de besliskracht van de nazi-top. En dat gaat allemaal terug op de mythe dat het Duitse leger superieur was op alle fronten.

Over dat laatste: er zijn zelden zulke mooie myth-busting boeken geschreven als David Edgertons Britain’s war machine. De bottomline is dat Groot-Brittannië de oorlog van nazi-Duitsland had gewonnen, als het maar niet door het machtige Japan was aangevallen in zijn ‘soft underbelly’, de overzeese gebiedsdelen in Azië. Bovendien was het Britse materieel, ondanks Amerikaanse onzinverhalen, van de beste kwaliteit, beter dan dat van de Duitsers en van gelijk niveau als dat van de Amerikanen. Velen, waaronder talloze historici, geloven nog altijd dat Groot-Brittannië zich bewust ten laatsten male doodvocht om het continent te redden. Edgerton laat zien dat het steenrijke en machtige Empire de oorlog tegen nazi-Duitsland gewoonweg had gewonnen – en dat ook zelf verwachtte. Over informatieve counterfactuals gesproken.

Nazi-zijn, het helpt niet

Wat vaak slecht wordt begrepen, is dat Duitsland de Tweede Wereldoorlog niet exclusief verloor doordat het een uitputtingsoorlog was waarvoor het Reich de middelen niet had, maar dat de nazi’s ten onder gingen aan hun eigen principes. Neem het Führerprinzip. In militaire context is dat een heel slecht idee, zeker gekoppeld aan een narcistische persoonlijkheid. Winston Churchill kon verschrikkelijk ruziemaken met zijn generaals, maar hij handelde nooit tegen de adviezen van de Chefs van Staven (CvS). Hitler, daarentegen, verordonneerde de ene zelfmoordactie na de andere, zonder zijn CvS ook maar te consulteren. En als hij ze wel consulteerde negeerde hij hun adviezen. Dikwijls gevolgd door de sententiële suffix ‘Feiglinge’. Zie hiervoor de lemma’s ‘Stalingrad’ en ‘Oorlogsverklaring aan de Verenigde Staten’.

Een van de belangrijkste redenen voor het verlies van nazi-Duitsland, was het nazi-aspect. ‘Bek houden en luisteren’ is niet de beste strategie om tot goede inzichten te komen. Zeker niet als maar één persoon beslist én mag spreken. Niets wijst erop dat Goering anders gehandeld zou hebben. De poppetjes maken niet uit, zolang de nazi-ideologie regeert betekent dat een structurele zwakte voor de kwaliteit van militaire beslissingen.

Dit betekent dat zelfs in een situatie waar alle vijanden van nazi-Duitsland de wapens hadden neergelegd, het Duitse militaire wezen altijd een streepje na had. We hoeven niet aan te nemen dat Stalin op een gegeven moment niet alsnog een oorlog tegen nazi-Duitsland was begonnen. Met de besliscultuur van de nazi’s was zoveel mis – net als met hun (counter)intelligence, maar dat is een ander verhaal – dat geenszins is gezegd dat Duitsland die oorlog wel zou winnen. Het tegendeel aannemen, legt wederom een overschatting van de Duitse militaire kracht bloot.

Republikein = nazi

En dan hebben we het nog niet eens gehad over de Verenigde Staten. Stel dat Groot-Brittannië zou zijn ingenomen, dan getuigt de counterfactual van een nazi-Endsieg nog altijd van een bijzonder lage dunk van de Amerikanen. Alsof zij geen conviction politicians kennen zoals Churchill. Alsof een Republikeinse president toch al een halve nazi zou zijn (dit denkt de meerderheid van de Nederlanders stiekem) en de Holocaust zouden hebben laten gebeuren. Och, man, de counterfactual is zo leerzaam.

Hypothetiseren dat Duitsland de oorlog had gewonnen, zegt veel over de beperkte kennis van de historicus in kwestie. En over zijn gebrek aan fantasie.

Maar soit. In elk geval om dát bloot te leggen bewijst de counterfactual ons een dienst.