Politiek

AIVD deelde in tien gevallen geen informatie met OM over moord Theo van Gogh

03-12-2015 13:17

Bij geheime dienst AIVD is tussen 2004 en 2011 informatie binnengekomen over mogelijke handlangers van Mohammed Bouyeri, de moordenaar van Theo van Gogh. Die informatie werd in tien gevallen niet doorgegeven aan het Openbaar Ministerie. Dat blijkt uit een donderdag gepubliceerd rapport van de toezichthouder op de inlichtingendiensten CTIVD.

Uit dit onderzoek blijkt dat de informatie gaat over vier mensen die (in meer of mindere mate) op de hoogte waren van, of betrokken zouden zijn geweest bij de (voorbereiding van de) moord op Van Gogh. Daarnaast zou in één geval een groepje niet nader genoemde personen op de hoogte zijn geweest van de moord. Van de in totaal tien keer dat de AIVD informatie ontving, was dit drie keer in 2004 (vlak na de moord), drie keer in 2005, twee keer in 2006, één keer in 2008 en één keer in 2011. Ook had de AIVD aanwijzingen dat een persoon eerder al iemand anders dan Bouyeri had gevraagd Van Gogh te doden.

Uit het CTIVD-rapport blijkt dat de informatie die de AIVD over mogelijke handlangers had, niet bestond uit concrete aanwijzingen, dus dat er geen hard bewijs is dat die er zijn geweest. Het ging over informatie die bronnen van anderen gehoord hadden.

De CTIVD stelt dat de AIVD wettelijk niet verplicht is informatie te geven aan het OM. Maar de ruimte om het na te laten bij ernstige delicten zoals de moord op Van Gogh is volgens de toezichthouder wel erg klein. Volgens de CTIVD was de informatie bij de AIVD niet evident onbetrouwbaar of evident onjuist.

De opnames van een tap in een huis van de Hofstadgroep zijn niet gewist.