Politiek

#Bruslog: EU-top laat journalistieke desinteresse in Europese politieke partijen goed zien

16-10-2015 15:49

Voor een Europese top van start gaat, vindt er vooroverleg plaats. Sinds de vorige EU-top is mij duidelijk dat er vooroverleg is van christen-democratische leiders. Maar er is nog een tweede grote Europese partij: de PES ofwel de Europese sociaaldemocraten. Ook bij hen vindt vooroverleg plaats voordat de echte EU-top van regeringsleiders begint. De PES probeert er donderdagmiddag een speciaal persmoment van te maken.

De leiders komen samen in de Albert Hall. Alsof het een Hollywood-première betreft, staan er schermen opgesteld met het rode PES-logo, geflankeerd door een streng kijkende beveiliger. Er is een chique rood koord waar de journalisten en fotografen zich achter verdringen in afwachting van de politici. Die lijken inderdaad op filmsterren: ze zijn allemaal aan de late kant.

Toch klinkt dit allemaal chiquer dan het lijkt. De Albert Hall staat in een haveloze Brusselse wijk op een kwartier lopen van de EU-instellingen. De persruimte is een al even armoedige theaterzaal. Onbewust dringt de vraag zich op of een journalist hier bij de PES moet zijn, of een paar straten verder bij de christendemocratische EVP of weer elders bij de liberale ALDE, waar Mark Rutte aanschuift.

Achter het hekje

Hier bij de PES staat het vol met opvallend veel Spaanse en Griekse journalisten. Nederlandse journalisten zijn er niet. Iedereen verdringt zich achter het rode koord en na twintig minuten komt dan eindelijk de eerste leider aangelopen. De Spaanse journalisten willen hem allemaal tegelijk een vraag stellen. Waar het over gaat is niet zo duidelijk, want uw verslaggever verstaat geen Spaans. Een Griekse politicus die eveneens nog nooit op de Nederlandse televisie is geweest krijgt een grote groep Griekse microfoons voor zijn neus.

Als de Spanjaard wegloopt, pakken de Spaanse journalisten collectief hun spullen in en gaan terug naar de persruimte om te monteren. De Grieken doen hetzelfde als hun vragen gesteld zijn. Interesse in de andere politici is er niet. Of misschien beter: de andere politici zijn zo onbekend dat ze ongemerkt door kunnen lopen want slechts vier politici krijgen hier überhaupt enige media-aandacht. Of er ook een andere ingang was voor deze bijeenkomst is niet bekend. Een Europees PES-gezicht als Gianni Pitella – fractievoorzitter in het Europees Parlement – wordt door slechts één journalist aangesproken.

Europese journalistiek?

Dit moment lijkt sterk op het tafereel bij de christendemocraten van een paar weken geleden. Journalisten mogen een quote binnenhalen en wat plaatjes schieten, maar de bijeenkomst zelf is besloten. We weten dus niet wat de bijeenkomst opleverde en of er überhaupt enige voortgang is geboekt. Dat laatste zou de journalistieke vraag moeten zijn: hebben de sociaaldemocraten een gezamenlijke visie kunnen ontwikkelen waarmee ze bij de echte EU-top van donderdag een deuk in een pakje boter slaan? Of blijven ze hopeloos verdeeld? De korte statements voor de camera zeggen daar niets over.

Wellicht hebben de Spaanse en Griekse journalisten zo’n soort vraag gesteld, maar we weten dat het weinig zin heeft dat te doen. We zullen een PR-verhaal horen over eensgezindheid en om er echt achter te komen hoe de verhoudingen liggen moeten we alle PES-leiders spreken. Dat lukt hier niet, want je spreekt de ene politicus aan en de andere loopt snel naar binnen. Je mag er niet achteraan. Bovendien is er een potentieel taalprobleem: ook fractieleider Pitella spreekt zeer gebroken Engels. Zouden we via deze mensen de nuances van hun onderlinge meningsverschillen te weten kunnen komen?

Nationale focus

De focus is dus al direct nationaal en doet niemand een poging breder te kijken. Spaanse journalisten zoeken Spaanse quotes, Griekse journalisten Griekse. Media moeten hun nationale publiek bedienen en dat publiek is niet op zoek naar meningen van politici die ze niet kennen, of die nou belangrijk zijn voor de onderhandelingen in Brussel of niet. De belangrijkste journalistieke keuze is hooguit waar men quotes gaat halen: bij de sociaaldemocraten, de christendemocraten of de liberalen. Wellicht is dat de reden dat we bij de sociaaldemocraten geen enkele Nederlandse journalist zien? Hier is naar verluid geen enkele Nederlandse politicus aanwezig.

Het is duidelijk naar wie steeds de aandacht zal uitgaan: de eigen politicus, ongeacht of die er in Brussel echt toe doet. Het is zeer de vraag of de Griek en de Spanjaard die hier aan tafel zitten de onderhandelingen definitief laten kantelen, maar het zijn in ieder geval politici die het thuispubliek kent en wiens taal men spreekt. Om dezelfde reden zullen de leiders van grote landen altijd enige aandacht krijgen, maar wat politici uit Kroatië, Litouwen, Italië, Roemenië en Zweden vinden zullen we niet snel horen.

Zo illustreren EU-bijeenkomsten dat de journalistiek ondanks decennialange EU-samenwerking nog steeds nationaal is en zeker niet Europees.

Dit jaar doet Chris Aalberts onder de titel Bruslog – Brusselse logica – verslag van Europese politiek in Brussel en Den Haag. Voor zijn verslaggeving is ook jouw financiële steun essentieel.