Reportage

Stedenband met Tel Aviv: wedstrijdje meningen zonder onderbouwing

29-06-2015 14:04

Het is nu al het meest opmerkelijke politieke thema van 2015: de stedenband tussen Amsterdam en Tel Aviv. Aanvankelijk vond de Amsterdamse gemeenteraad het een goed idee, inclusief de toenmalige coalitiepartijen PvdA en GroenLinks. Maar sinds begin 2014 is de Amsterdamse gemeenteraad flink opgeschud, is de PvdA niet meer de grootste partij en kwam ze samen met GroenLinks in de oppositie terecht.

En zo kunnen twee partijen die ooit voor dit idee waren er nu afstand van nemen. Voorlopig lijkt er geen stedenband te komen, maar het einde van de discussie is nog niet in zicht. Het CIDI organiseerde er zondagmiddag dan ook een bijeenkomst over. Zo’n veertig mensen luisterden bij de Liberale Joodse Gemeente in Amsterdam naar twee gasten uit Israël: Mickey Gitzin en Eytan Schwartz.

Nauwelijks politici

De grote afwezigheid van de Amsterdamse gemeenteraad is opvallend. Alleen D66-raadslid Bart Vink laat zijn gezicht zien. D66 is voor de stedenband. Ook Ron Eisenmann is aanwezig, maar meer als voorzitter van het CIDI dan als VVD-fractievoorzitter uit Amsterdam Zuid. We leren dat Gitzin en Schwartz de komende dagen nog bij allerlei politici langsgaan. Het komt linkse partijen ongetwijfeld goed uit dit thema niet in het openbaar te bespreken, aangezien ze bij dit pro-Israëlische gezelschap geen goede sier kunnen maken. Zeker PvdA en GroenLinks niet.

Mickey Gitzin is gemeenteraadslid van Tel Aviv voor Meretz, een seculiere en sociaaldemocratische partij die voorstander is van een Palestijnse staat. Eytan Schwartz is politiek adviseur van de burgemeester van Tel Aviv en lid van de Arbeidspartij Avoda. Uit hun inleidingen leren we direct “iets nieuws” wat we van Palestina-activisten nooit horen: in Israël bestaan verschillende meningen. Gitzin meldt dat hij het met ongeveer al het beleid van de huidige regering oneens is.

Nog meer meningsverschillen

In de zaal zitten drie Palestina-activisten. Ook voor hen moet het een bevreemdende ervaring zijn te merken dat in Israël niet met één mond wordt gesproken. Gitzin gebruikt het woord “bezetting” en vrijwel direct wordt een vrouw uit het publiek boos omdat “een Israëliër dat woord gebruikt”. Gitzin vindt het prima om meningsverschillen te hebben. Hij meldt dat 2,5 miljoen mensen in bezet gebied wonen en dat het zijn plicht is daarover te spreken.

De bijeenkomst is ook op andere punten verhelderend. Gitzin en Schwartz vroegen zich af of ze wel naar Amsterdam moesten afreizen voor dit onderwerp. Aanvankelijk dachten ze dat het niet belangrijk was om over de stedenband te spreken. Ze willen zich niet bemoeien met de Amsterdamse politiek. Schwartz sloeg de uitnodiging niet af omdat hij zo de mensen kan bedanken die in Nederland voor Israël strijden. Hij raadt ons allemaal aan eens naar Tel Aviv te komen. Applaus.

Vage opbrengsten

De twijfels van Gitzin en Schwartz zijn invoelbaar. Een vrouw vraagt met welke steden Amsterdam verder nog een stedenband heeft. Discussieleider Ronny Naftaniel komt met horten en stoten tot wat namen. Niemand gaat er verder op in, want iedereen weet dat het niet om de stedenbanden gaat. Het gaat om de symboliek, al spreekt Schwartz dat met klem tegen. “We moeten ook wat aan een stedenband hebben”, meldt hij resoluut.

De opbrengst van bestaande stedenbanden blijkt echter vaag. We leren dat Tel Aviv al een band heeft met Keulen. Die stad financiert een “kindergarten” in Tel Aviv voor Israëlische en Palestijnse kinderen. Op de vraag van uw verslaggever of die opbrengst niet wat mager is, wordt lacherig gereageerd. Er zijn veel meer resultaten, meldt Gitzin, maar hij noemt ze niet. Amsterdam en Tel Aviv kunnen ook van elkaar leren, horen we nog, maar wat Tel Aviv al van Keulen geleerd heeft komt niet aan bod.

Lastig onderhandelen

Een Palestina-activist stelt een vraag. De burgemeester van Tel Aviv – voor wie Schwartz werkt – heeft tijdens zijn militaire carrière op kinderen geschoten, weet hij te melden. Heeft de burgemeester weleens spijt betuigd? Verontwaardiging in de zaal. Schwartz komt met een jij-bak over andere landen waar ook vreselijke dingen hebben plaatsgevonden. Gitzin wil graag kwijt dat het lastig onderhandelen is in het Midden-Oosten want geen enkel land heeft daar een geschiedenis zonder conflict.

Of de burgemeester spijt heeft van het schieten en of hij dat ooit echt heeft gedaan blijft onduidelijk. Zo komen we op de grootste vraag: hoeveel kennis hebben we eigenlijk van dit onderwerp? In deze Israël-minnende zaal reageren sommigen verbaasd dat er door Tel Aviv een rivier stroomt. Ook weet men niet wat de samenstelling van de gemeenteraad is: die blijkt een totaal andere kleur te hebben dan die van de regering van Netanyahu. Ook is onduidelijk hoeveel migranten uit Afrika er in Tel Aviv wonen (antwoord: heel erg veel).

Strijden voor Palestina

Gitzin komt met de stelling dat Nederlandse Palestina-activisten helemaal niet voor de Palestijnen strijden en dat hun aanpak de Palestijnse zaak schaadt. Zijn Palestijnse vrienden in Israël zijn het namelijk niet met de Europese Palestina-strijders eens. Dit is natuurlijk uiterst zwak bewijs voor Gitzin’s stelling, maar de Palestina-activisten kunnen er toch weinig tegenin brengen. Er zijn hier immers niet of nauwelijks mensen die de actuele situatie in Israël uit eigen ervaring kennen, behalve de twee mannen op het podium. Sommigen vertrouwen hen blindelings, anderen juist niet.

En zo eindigt de middag in verwarring: we weten niet wat een stedenband oplevert, niet hoe men daar in Tel Aviv over denkt, niet of we Nederlandse Palestina-activisten kunnen opvatten als vertegenwoordigers van de Palestijnen en zelfs niet of Amsterdam iets aan die vermaledijde stedenband heeft.

Gelukkig gaat het over Israël. We hebben er toch allemaal een mening over.